In dit mooie, bijna vierkante prentenboekje is Bobbi ziek. Hij moet naar de dokter en daarna voor een tijdje zijn bed in. Papa en mama verzorgen hem goed en gelukkig is hij dan ook na een paar dagen weer beter! In korte, duidelijke, rijmende zinnen die vertellend en voorlezend goed en ritmisch mooi lopen, wordt het verhaal verteld. Iedere keer staan vier zinnen, voorzien van een kleine tekening, op de linkerpagina. Op de rechterpagina staan de getekende, en geschilderde prenten, in zachte, lieve vormen en kleuren. Alleen Bobbi en een aantal van zijn vaste knuffels zijn steeds terug te zien in de gedetailleerde prenten in een golvend, blauw kader. Een stevig prentenboekje dat door zijn ritme en rijm vaak opnieuw voorgelezen kan worden tot de jonge 'lezer' zelf ook woorden en stukken van de zinnen kan meelezen! Er zijn reeds acht boekjes over Bobbi verschenen, o.a. 'Bobbi naar het bos'*. In het grote aanbod van boekjes voor heel jonge kinderen: zacht, aansprekend en taaltechnisch gezien een aanwinst!

In dit mooie, bijna vierkante prentenboekje is Bobbi ziek. Hij moet naar de dokter en daarna voor een tijdje zijn bed in. Papa en mama verzorgen hem goed en gelukkig is hij dan ook na een paar dagen weer beter! In korte, duidelijke, rijmende zinnen die vertellend en voorlezend goed en ritmisch mooi lopen, wordt het verhaal verteld. Iedere keer staan vier zinnen, voorzien van een kleine tekening, op de linkerpagina. Op de rechterpagina staan de getekende, en geschilderde prenten, in zachte, lieve vormen en kleuren. Alleen Bobbi en een aantal van zijn vaste knuffels zijn steeds terug te zien in de gedetailleerde prenten in een golvend, blauw kader. Een stevig prentenboekje dat door zijn ritme en rijm vaak opnieuw voorgelezen kan worden tot de jonge 'lezer' zelf ook woorden en stukken van de zinnen kan meelezen! Er zijn reeds acht boekjes over Bobbi verschenen, o.a. 'Bobbi naar het bos'*. In het grote aanbod van boekjes voor heel jonge kinderen: zacht, aansprekend en taaltechnisch gezien een aanwinst!

Bobbi voelt zich niet helemaal lekker. Hij heeft keelpijn en wil niets eten. Zijn mama maakt zich zorgen en besluit om de dokter te bellen. De dokter komt langs en onderzoekt Bobbi. Hij zegt dat Bobbi griep heeft en dat hij veel moet rusten. Bobbi gaat op de bank liggen met zijn knuffels. Hij voelt zich zo ziek dat hij niet eens kan spelen. Na een poosje begint hij zich beter te voelen. Hij krijgt weer trek in eten en wil weer spelen met zijn knuffels.

Bobbi voelt zich niet helemaal lekker. Hij heeft keelpijn en wil niets eten. Zijn mama maakt zich zorgen en besluit om de dokter te bellen. De dokter komt langs en onderzoekt Bobbi. Hij zegt dat Bobbi griep heeft en dat hij veel moet rusten. Bobbi gaat op de bank liggen met zijn knuffels. Hij voelt zich zo ziek dat hij niet eens kan spelen. Na een poosje begint hij zich beter te voelen. Hij krijgt weer trek in eten en wil weer spelen met zijn knuffels.

Bobbi voelt zich niet helemaal lekker. Hij heeft keelpijn en wil niets eten. Zijn mama maakt zich zorgen en besluit om de dokter te bellen. De dokter komt langs en onderzoekt Bobbi. Hij zegt dat Bobbi griep heeft en dat hij veel moet rusten. Bobbi gaat op de bank liggen met zijn knuffels. Hij voelt zich zo ziek dat hij niet eens kan spelen. Na een poosje begint hij zich beter te voelen. Hij krijgt weer trek in eten en wil weer spelen met zijn knuffels.

Bobbi voelt zich niet helemaal lekker. Hij heeft keelpijn en wil niets eten. Zijn mama maakt zich zorgen en besluit om de dokter te bellen. De dokter komt langs en onderzoekt Bobbi. Hij zegt dat Bobbi griep heeft en dat hij veel moet rusten. Bobbi gaat op de bank liggen met zijn knuffels. Hij voelt zich zo ziek dat hij niet eens kan spelen. Na een poosje begint hij zich beter te voelen. Hij krijgt weer trek in eten en wil weer spelen met zijn knuffels.